Romeinse hoven
verschoven verhaallijnen
schijnen door Houten
kinderen spelen doorheen
herinnering en toekomst
Haiku is een van oorsprong Japanse dichtvorm. De Japanse dichter Basho
(1644-1694) bracht de haiku tot bloei. Een haiku is een kort gedicht en
bestaat meestal uit drie regels van 5-7-5 lettergrepen. Een rijmvorm is
ongebruikelijk. Het ritme en de klank zijn belangrijk om de
gevoelswaarde van de haiku te versterken. In een haiku komt de
natuurbeleving veel voor. Waardeoordelen, zoals bijvoorbeeld mooi of
verdrietig, komen zelden voor in een haiku. De emotie wordt niet
benoemd, maar wordt opgeroepen.
Senryu (川柳) is een vorm van Japanse dichtkunst over de onvolkomenheid
van de mensen, geschreven in drie regels van 5, 7 en 5 lettergrepen.
Daarmee heeft het dezelfde vorm als de haiku, die echter eerder de
volkomenheid van de wereld beschrijft.
De tanka is een lyrisch gedicht, bestaande uit vijf regels met
doorgaans 5-7-5-7-7 lettergrepen, zonder bedoeld rijm of vastgestelde
maat. De bakermat van de tanka ligt in de Japanse cultuur van de vijfde
eeuw. In de tanka raakt een natuurimpressie aan een diep gevoel of valt
er op een natuurlijke wijze mee samen. De tanka verwoordt hoe een
natuurindruk en een eigen beleving elkaar vinden; met elkaar een
gedicht vormen.[1]
en ik leer zelf ook nog iets, die kende ik zelf nog niet:
De kyoka is de aardse, ook ironische, speelse, humoristische of
bedrukte tegenvoeter van de tanka. De kyoka kreeg bekendheid in de
achttiende eeuw en gaat over wat ons, mensen, zoal bezighoudt of ons
overkomt; over wat we zien gebeuren of menen dat er plaatsvindt. De
vormkenmerken van de kyoka zijn dezelfde als die van de tanka.[1]